Artikel 1

Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :

1° « ADR » : het Europese verdrag betreffende het internationaal vervoer van gevaarlijke goederen over de weg, ondertekend te Genève op 30 september 1957, als gewijzigd;

2° « gevaarlijke goederen » : de in paragraaf 1.2.1 van het RID en het ADR als dusdanig gedefinieerde goederen die behoren tot de klassen 2, 3 behalve ontplofbare vloeistoffen in niet explosieve toestand van classificatiecode D, 4.1 behalve ontplofbare vaste stoffen in niet- explosieve toestand van classificatiecode D of DT, 4.2, 4.3, 5.1 behalve UNO-nummers 1942, 2067, 2426 en 3375, 5.2, 6.1, 6.2, 8 en 9 behalve UNO-nummer 3268.

Artikel 2

Voor het toepassen van de procedure die in dit besluit wordt geregeld, kunnen enkel de controle beambten belast met een mandaat van gerechtelijke politie en behorende tot de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer en de personeelsleden van het operationeel kader van de federale en lokale politie, alsook de controlebeambten van de Administratie der Douane en Accijnzen van de Federale Overheidsdienst Financiën bij de uitvoering van hun dienst, door de procureur-generaal bij het hof van beroep gemachtigd worden.

Voor de toepassing van de procedure, vermeld in dit besluit, zijn ook de wegeninspecteurs, vermeld in artikel 16 van het decreet van 3 mei 2013 betreffende de bescherming van de verkeersinfrastructuur in geval van bijzonder wegtransport, bevoegd.

Artikel 3

Onder de voorwaarden gesteld in artikel 65 van de wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd op 16 maart 1968 en in artikel 4 bis van de wet van 21 juni 1985 betreffende de technische eisen waaraan elk voertuig voor vervoer te land, de onderdelen ervan, evenals het veiligheidstoebehoren moeten voldoen, kunnen de overtredingen die vastgesteld zijn op of langs de openbare weg en die in de bijlage van dit besluit opgesomd worden aanleiding geven tot inning van de som die in dezelfde bijlage voorkomt.

Als hetzelfde vervoer meer dan één voorschrift overtreedt, mag de totale gevorderde som niet meer dan 5000 euro bedragen. Die som wordt teruggebracht tot 2500 euro als de voorschriften, vermeld in onderafdeling 1.1.3.6 van bijlage A bij het ADR, kunnen worden toegepast.

Artikel 4

§ 1. Voor de inning van een som wordt gebruik gemaakt van genummerde formulieren, die samengevoegd zijn in genummerde boekjes en die overeenstemmen met het model van bijlage 2 tot het koninklijk besluit van 19 juli 2000 betreffende de inning en de consignatie van een som bij het vaststellen van sommige inbreuken inzake het vervoer over de weg. Indien tegelijkertijd verschillende overtredingen ten laste van een zelfde overtreder worden vastgesteld, noteert de bevoegde agent alle overtredingen op een zelfde formulier.

Voor het toepassen van de procedure van inning mag het formulier worden vervangen door een proces-verbaal indien de som niet werd geïnd op het ogenblik van de vaststelling van de overtreding.

§ 2. De betaling kan op de volgende manier geschieden :

1. Betaling in geld

1.1. De betaling in geld is slechts van toepassing op personen die geen woonplaats of vaste verblijfplaats in België hebben. Voor die betaling vult de bevoegde agent de stroken A, B en C van het formulier in, waarvan :

  • strook A dezelfde dag wordt verzonden aan het openbaar ministerie bij de bevoegde politierechtbank;
  • strook B aan het boekje gehecht blijft;
  • strook C aan de overtreder wordt overhandigd.

1.2. De som wordt betaald in euro met bankbiljetten en, in voorkomend geval, met munten van 1 of 2 euro.

2. Betaling met bank- of kredietkaart

2.1. De betaling met een bank- of kredietkaart is van toepassing op personen die al dan niet een woonplaats of vaste verblijfplaats in België hebben.

Voor die betaling vult de bevoegde agent de stroken A, B en C van het formulier in, waarvan :

  • strook A dezelfde dag wordt verzonden aan het openbaar ministerie bij de bevoegde politierechtbank;
  • strook B aan het boekje gehecht blijft;
  • strook C aan de overtreder wordt overhandigd met een bewijs van de uitvoering van de betaling.

2.2. De te innen som wordt steeds uitgedrukt in euro.

3. Betaling met overschrijving

3.1. De betaling met overschrijving is slechts van toepassing op personen die een woonplaats of vaste verblijfplaats in België hebben. Voor die betaling vult de bevoegde agent de stroken A, B en C van het formulier in, waarvan :

  • strook A dezelfde dag wordt verzonden aan het openbaar ministerie bij de bevoegde politierechtbank;
  • strook B aan het boekje gehecht blijft;
  • strook C aan de overtreder wordt overhandigd.

3.2. Een document met overschrijvingsformulier wordt aan de overtreder overhandigd tegelijkertijd met de strook C van het formulier of wordt tegelijkertijd met of na het afschrift van het proces-verbaal gestuurd. Dit document bevat de elementen die zijn opgenomen in het model voorzien in bijlage 3 van het koninklijk besluit van 19 juli 2000 betreffende de inning en de consignatie van een som bij het vaststellen van sommige inbreuken inzake het vervoer over de weg. Het kan evenwel bijkomende inlichtingen bevatten.

In het geval voorzien in 3.1, wordt de gestructureerde mededeling op het overschrijvingsformulier hernomen op het formulier.

3.3. De betaling met overschrijving wordt uitgevoerd binnen een termijn van tien dagen te rekenen vanaf de in 3.2 bedoelde afgifte of verzending van het document.

3.4. De gestructureerde mededeling wordt vermeld in de mededeling van de overschrijving.

De datum van betaling door de bankinstelling dient als bewijs van de datum van betaling.

3.5. (Opgeheven)

3.6. De te innen som wordt steeds uitgedrukt in euro.

§ 3. De overtreder mag slechts van één betalingswijze toepassing maken

Artikel 5

§ 1. Als de overtreder geen woonplaats of vaste verblijfplaats in België heeft en de voorgestelde som niet onmiddellijk betaalt, bedraagt de som die hij per overtreding in consignatie moet geven, evenveel als de te innen som. De totale som die dezelfde overtreder ter plaatse moet consigneren, mag niet meer dan 5000 euro bedragen.

§ 2. Voor de consignatie van een som wordt gebruik gemaakt van genummerde formulieren die samengevoegd zijn in genummerde boekjes en die overeenstemmen met het model van bijlage 2 tot het koninklijk besluit van 19 juli 2000 betreffende de inning en de consignatie van een som bij het vaststellen van sommige inbreuken inzake het vervoer over de weg. Indien tegelijkertijd verschillende overtredingen ten laste van een zelfde overtreder worden vastgesteld, noteert de bevoegde agent alle overtredingen op een zelfde formulier.

§ 3. De procedure voorzien in artikel 4, § 2, 1 en 2, is van toepassing in geval van consignatie van een som.

§ 4. (Opgeheven)

Artikel 6

Wanneer een formulier voor inning of consignatie van een som ongeldig moet worden gemaakt, stelt de agent, die er houder van is, het ongeldig maken vast door middel van een gedagtekende en ondertekende vermelding op alle stroken van het formulier.

Artikel 7

De sommen in geld geïnd of in consignatie gegeven overeenkomstig de artikelen 4 en 5 worden minstens éénmaal om de twee weken gestort, op de postrekening van een rekenplichtige van de Administratie van de Belastingen over de toegevoegde waarde, registratie en domeinen.

Artikel 8

Alle bescheiden betreffende de inning of de consignatie van een som worden gedurende vijf jaar bewaard in de kantoren waartoe het in artikel 2 bedoelde personeel behoort.

Artikel 9

Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de tweede maand na die waarin het is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.

Artikel 10

Onze Minister van Binnenlandse Zaken, Onze Minister van Financiën en Buitenlandse Handel, Onze Minister van Vervoer, Onze Minister van Justitie en Onze Staatssecretaris voor Veiligheid zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Bijlage. Lijst van de inbreuken en de te innen sommen
In rij 1.9 van de bijlage wordt de zin “De reële verblijfstijd ontbreekt op het vervoerdocument voor sterk gekoeld vloeibaar gemaakte gassen in tankcontainers.” vervangen door de zin “De reële verblijfstijd ontbreekt op het vervoerdocument voor sterk gekoelde vloeibaar gemaakte gassen in tankcontainers of mobiele tanks.